Boom bij een veerpont: veerlinde

Deze linde staat op een hele bijzondere plek. Want hier vaart het veerpont van Beesel naar Kessel. En deze linde is aangeplant om aan te geven: hier is een bijzondere plek, hier kun je van de ene kant van de Maas naar de andere kant van de Maas.

Als ik op ongeveer 750 meter afstand aan de noordkant sta, dan kan ik de linde zien. Vroeger was ie veerlinde een baken, een teken. Een teken voor schippers: hier is iets aan de hand, hier is een veerpont. En nu zie je wel een grote boom staan maar er staan meerdere grote bomen. Dus voor mij is het vanaf hier niet meer zo’n herkenningspunt.

Vanaf de overkant is de veerlinde goed te zien. Het is de rechterboom. Van deze plek weten we dat hier al in 1740 een café, boerderij en veerhuis stond met de naam De Schans. De veerlinde is rond 1880 geplant.

Vanaf het zuiden kun je de veerlinde ook zien. Je moet wel weten waar je naar moet kijken. Ik kan het bijna niet zien. Hier sta ik op zo’n 650 meter ten zuiden van de veerlinde. Ik weet niet hoe snel een boot vaart kan minderen maar misschien is 650 meter wel genoeg. Genoeg om langzaam te varen als je bij het veerpont aankomt.

Deze linde staat op een bijzondere plek. Dy was een plek om naar toe te gaan. Aangeplant voor herkenning: hier is wat te doen, hier moet je zijn.

De boomkijker kijkt

Ken jij een boom die is aangeplant zodat een plek herkenbaar wordt?

Bomen 60 jaar oud

Dit jaar ben ik 60 jaar geworden. En ik vroeg me af: hoe groot is een boom van 60 jaar? Ik ga het onderzoeken. het resultaat zet ik in een grafiek. Horizontaal staat de omtrek van de boom in centimeters en verticaal staat de hoogte van de boom in meters.

Ik ga kijken naar hele normale bomen zoals een populier, een eik en een es.

De plaats waar een bom staat heeft natuurlijk invloed op hoe de boom groeit. Daarom staan al deze bomen in het gras.

Bij bomen is het plantjaar vaak bekend. En als een boom geplant wordt dan is hij natuurlijk al een paar jaar oud. Dus de bomen die je hier ziet zijn iets ouder dan 60 jaar.

En dit is het resultaat. een es van ongeveer 16 meter hoog en met een omtrek van 245 centimeter. Een eik van ongeveer 18 meter hoog en met een omtrek van 195 centimeter. En een populier va ongeveer 24 meter hoog en met een omtrek van 370 centimeter. Mijn conclusie? Mensen zijn kort en dun in vergelijking met een boom. In ieder geval veel korter.

Boompje groot plantertje dood? Nou nee, na 60 jaar zijn deze bomen al heel groot.

De boomkijker kijkt

Ken jij een boom die net zou oud is als dat jij bent?

Bomen met groene bloemen

Sommige bomen hebben groene bloemen. En door de kleur vallen die bloemen minder op. Zie jij ze, groene bloemen?

Lindegroen. Er ligt altijd zo’n prachtige lichtgroene waas over de lindeboom als ze in bloei staat. Het bloementje zelf is prachtig als je het in detail bekijkt.

De esdoorn heeft een hangende tros met daaraan bloemetjes. En bovenin zitten ook al zaadjes. En ook bij deze boom kun je op afstand zien dat hij in bloei staat; door de bloemen heeft hij een lichtere kleur.

De bloemen van een tulpenboom zie je cht alleen als je op zoek bent. Prachtig groen, prachtige bloemen.

De boomkijker kijkt

En waarom sta ik nou bij deze boom? Nou: dit is een tulpenboom en die bloeit in met, juni en een tulpenboom heeft groene bloemen. Zie jij ze zitten?

Moeder boom

Moeders en kinderen. Bij een boom denk ik dan aan zaden en aan heel veel jonge boompjes die onder de moeder boom staan. Bij bomen kan kinderen krijgen ook anders: vanuit wortels en vanuit takken.

Een lindeboom heeft vaak wortelopslag. Ieder takje kan uitgroeien tot een volledige boom.

Bij deze levensboom zie je hoe groot worteluitlopers kunnen worden. Het zijn echte boomstammen.

Deze treurbeuk pakt het anders aan. Een tak raakt de grond en maakt daar wortels. Op die plek groeit een nieuwe boomstam.

De boomkijker kijkt

Wat ik opvallend vind: de moeder boom blijft in deze gevallen haar kind lange tijd voeden. Ze hebben immers dezelfde wortels. Ken jij een boom die is gegroeid uit de wortels of uit een tak van een moeder boom?

Bast van een boom: berkenbast

Mooi he, die variatie in vormen en kleuren in berkenbast. En berkenbast is ook nog eens duurzaam. En: voor heel veel dingen te gebruiken.

Deze boom heeft van zichzelf een afschilferende bast. Hij heeft er dus geen last van als ik die bast ervan af haal.

De bast voelt vettig aan, hij ruikt een beetje naar hars en hij is heel soepel. Als ik een druppel ater op de bast giet, dan blijft het water er op liggen, het water wordt niet opgenomen door de bast. En dit maakt dat dit een heel bruikbaar materiaal is. Vroeger werd berkenbast gebruikt om kano’s mee te bouwen en tegenwoordig kom jet het veel tegen in de bloemsierkunst.

Bruikbaar spul, dat berkenbast. En dat wisten ze vroeger ook. Berkenbast werd bijvoorbeeld gebruikt bij het bouwen van een wigwam. Wist je dat het word wigwam een verbastering is van het woord voor berkenbast?

De boomkijker kijkt

Welke berk zou jij kiezen?

Boom met een naam

Bomen hebben Latijnse namen. Waar zijn die ingewikkelde namen voor nodig? En waar komen die namen vandaan? Hoe komt bijvoorbeeld deze boom met zijn gestippelde en gestreepte blad aan zijn naam?

De eerste naam van een boom is de geslachtsnaam. En in dit geval is dat Acer, in het Nederlands de esdoorn. De geslachtsnaam schijf je met een hoofdletter.

De tweede naam van een boom geeft de soort aan. De soortnaam zegt iets over een bijzonder kenmerk van de boom. Bijvoorbeeld een vorm, of de herkomst. De soortnaam van deze boom is pseudoplatanus in het Nederlands wordt het dan de gewone esdoorn. De naamgever vond deze boom blijkbaar op een plataan lijken. De soortnaam schrijf je met een kleine letter.

De derde naam van een boom geeft de cultivar aan. Een cultivar is een spontane verandering. Als iemand die verandering ontdekt en ermee gaat kweken en als dan blijkt dat de verandering blijvend is, dan heb je een cultivar. Bij deze boom is de verandering de spikkels en strepen op het blad. In het jaar 1806 heeft een Belg deze blaadjes met spikkels en strepen gevonden. Hij heeft deze boom vernoemd naar koning Leopold. De derde naam van deze boom is ‘Leopoldii’. En deze derde naam schrijf je met een hoofdletter en tussen aanhalingstekens. In het Nederlands is het: gevlekte gewone esdoorn.

Bomen komen over heel de wereld voor. In verschillende landen hebben bomen verschillende volksnamen. Door de wetenschappelijke namen kunnen wetenschappers en handelaren onderling en met elkaar communiceren.

De boomkijker kijkt

Weet jij wat de Latijnse naam is van de boom in jouw tuin?